Kinderen en Cultuur

Toen ik zwanger was van Sebas en Mads nam ik mij voor om hun bovenal Culturele Bagage mee te geven. Het zouden kinderen worden die vrijwillig naar een museum gaan,  kunnen genieten van een opera- of balletuitvoering en in de vrije tijd Goethe en Tolstoj lezen, om maar eens iets te noemen.

Zelf ben ik groot gebracht met operette en Joop ter Heul. Op mijn veertiende las ik op aanraden van de leraar Nederlands Eline Vere van Louis Couperus en er gingen werelden voor mij open. Ik ontwikkelde een liefde voor drama in brede zin. Literatuur waarin sprake was van hopeloze liefdes en levens, opera’s met dood en verdriet en schilderijen met tastbaar lijden. De poster van Che Guevara maakte plaats voor De Schreeuw van Munch en David Bowie albums werden vervangen door Verdi’s La Traviata.

Met kinderen begin je natuurlijk klein. Het eerste museumbezoek was een Barbie-tentoonstelling en de eerste theatervoorstelling de musical Nijntje. Daarna volgden de expositie Kunst in Russische Sprookjes, Kikker en de laagdrempelige opera Tosca. Voor het slapen gaan las ik Lodeizen en Buddingh’ voor en de kinderen vonden die gedichten geweldig. Ik vertelde bij Smells Like Teenspirit over de zelfdoding van Kurt Cobain,  over de ontwikkeling van David Bowie van trendsetter Ziggy Stardust tot het mainstream Let’s Dance en het heroïneleven van Lou Reed. En en passant over de Koude Oorlog, Amnesty en de Twin Towers.

Fay kon geen enkele interesse voor mijn verhalen en muziek opbrengen, Mads alleen als er dood en geweld aan te pas kwamen en Sebas zat alleen maar stil voor zich uit te dromen.  En daar was ik dan zo druk mee. Ondankbare krengen zijn het.

Maar op een gezellige familieavond met een soort van pubquizz, bleek Sebas alles in zich te hebben opgenomen. Zo klein als hij was, herkende hij muziekfragmenten van de jaren 60 tot nu en wist hij allerlei achtergrondinformatie te geven bij kunst en literatuurvragen. Ik had niet voor Jan Lul gepraat en gelezen, er was naar mij geluisterd. Ik was zo trots op hem!

De volgende dag vroeg ik hem na een speelafspraak met een schoolvriendinnetje, of hij genoot van muziek en verhalen. Zijn antwoord: “Ja hoor. Maar bij Lotte hebben we Pokemon en Teletubbies gekeken en chips gegeten, dat vond ik eigenlijk fijner.”

We gingen voor de tv zitten en keken naar het politiek correcte Sesamstraat en aten een suikervrij koekje. Na die dag luisterden we naar K3, lazen we Wie heeft er op mijn hoofd gepoept?, gingen we naar een optreden van Chipz! en aten we één keer in de week zoutarme chips. En we leefden gewoon door, niemand ging dood.


Posted

in

by

Tags:

Comments

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *